Speech Jan ten Doeschate op de werkconferentie Sociale Cohesie 24 maart 2001 in Almere (samenvatting)

Inleiding: "Het boekje van prof Schuyt 'Sociale Cohesie in Almere' is de aanleiding tot deze conferentie; een bijzonder rapport waarin de afstudeerscripties van 9 studenten van de UVA zijn verwerkt: een geweldige opsteker voor de kersverse doctorandici om geciteerd te worden in een boek van Leon Deben en Kees Schuyt!


Maar dit rapport is ook een opsteker voor Almere: zo'n breed onderzoek naar sociale samenhang in *een* stad zie je echt niet vaak, terwijl dat een duidelijk beeld geeft over de sociale staat van de jonge stad Almere. Vanuit dit perspektief kunnen ook andere steden iets opsteken van dit onderzoek. Het onderzoek zou -wat mij betreft- best navolging mogen krijgen in andere steden.....dus: wie volgt?


Het rapport heeft daarnaast mij een paar goede handvaten gegeven om in korte tijd een beeld te krijgen van de gesteldheid van de sociale samenhangen in de nieuwste en snelst-groeiende stad van Nederland. Uw stad, met enorme potenties op vele terreinen. Een stad die zich gelukkig mag prijzen dat de grootstedelijke problemen die zich in andere steden voordoen, hier (nog) niet aan de orde zijn. Ik zeg nadrukkelijk *nog niet* want ik heb de waarschuwende woorden van de heren Deben en Schuyt goed verstaan en gelezen!


Ik zeg ook *nog niet* omdat een goed preventief sociaal beleid Almere kan behoeden voor het ontstaan van de massieve grootstedelijke problematiek die in andere steden aan de orde is. En ik zeg *gelukkig nog niet* omdat er nog geen aanleiding is om Almere te rekenen tot de gemeenten die deelnemen aan het Grotestedenbeleid, ook al hoopt Almere daar blijkbaar wel op".


Grotestedenbeleid


"Waarom zou uw stad bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op de stoep staan met de vraag 'of zij ook niet kan deelnemen aan het nationale grotestedenbeleid'?


Alsof dat zo'n glanzende status geeft! Op de keper beschouwd is het immers geen fraai visitekaartje....het betekent dat de betrokken stad met een pakket zeer hardnekkige problemen te kampen heeft en niet in staat de kansen te pakken, zonder hulp van het Rijk.....is dat nu zo aantrekkelijk?!"


" Grotestedenbeleid niet uitsluitend 'achterstandenbeleid'; er wordt ook gezocht naar, en geexperimenteerd met, nieuwe vormen van samenwerking tussen stadsbesturen, instellingen, bewoners. Enerzijds is het Grotestedenbeleid een aanpak die zich richt op het versterken van de gemeentelijke regie in steden, anderzijds een aanpak die inzet op het moderniseren van de bestuurlijke verhoudingen tussen Rijk en steden. De basis van het GSB kan worden gevonden in het versterken van de gemeentelijke regie in de lokale samenleving. het gaat hierbij in principe om de gemeentelijke regie op alle beleidsdomeinen. Binnen het GSB is dit herkenbaar aan de inzet op 3 pijlers, namelijk: de economische, de fysieke en de sociale pijler.


Interactieve beleidsvorming naast integraliteit zijn ook uitgangspunt voor het GSB, evenals resultaat-gerichtheid; voor steden is het van groot belang dat zij heldere, meetbare doelen formuleren, anders valt er niet bij te sturen; bovendien is dit van wezenlijk belang voor een solide politieke en publieke verantwoording van het gemeentebestuur."


Sociale Cohesie en Grotestedenbeleid


Het GSB is dus gefundeerd op 3 pijlers: fysiek, economisch en sociaal. Commissies Etty en Peper hebben in 1998 en 1999 uitgebreid verslag gedaan aan het Kabinet over de stand van zaken in de sociale pijler. Ook hebben zij aangegeven wat er moet gebeuren om de sociale infrastruktuur in nederland te versterken. Beide commissies noemden twee doelen: het versterken van de positie van mensen uit kwetsbare groepen en het versterken van de sociale cohesie. (bevorderen van participatie en integratie van mensen in sociale verbanden).


Aan sociale cohesie kan ook een veel bredere betekenis worden gegeven, zoals in rapport Deben & Schuyt, waarin dit gezien kan worden als 'het cement in de samenleving'.


Het Grotestedenbeleid kenmerkt zich door deze twee benaderingen naast elkaar."


Almere: een stad zonder GSB ?! (Grotestedenbeleid)


"Aan het slot van mijn betoog wil ik toch nog even ingaan op devraag die het rapport en het gemeentebestuur zo expliciet hebben opgeworpen, namelijk: "Kan een jonge stad niet deelnemen aan het Grotestedenbeleid?"


Niet omdat er grote achterstanden dreigen maar omdat de preventieve aanpak van problemen een voorbeeldfunktie kan hebben voor andere steden. Dat laatste doel is toch een verkeerde sleutel tot toetreding! De criteria voor de selctie van steden laten dit niet toe. Ik verwacht dat het bestaan van achterstanden in een stad als een van de belangrijkste uitgangspunten zal blijven gehandhaafd.


Dit betekent niet dat de preventieve aanpak van problemen van Almere niet interessant kan zijn voor andere steden.......aan de andere kant zou het ook jammer zijn als Almere niet zou kunnen delen in de ervaringen van de GSB-steden.....Het is voor mij echter de vraag of alleen daarom Almere zou moeten deelnemen aan GSB.....er zijn ook andere wegen voor uitwisseling, via werkconferenties als deze bijvoorbeeld! Ik wijs ook op het Kenniscentrum Grotestedenbeleid dat door de G25 en het Rijk is opgericht en dit voorjaar operationeel wordt.


Tenslotte: echt aan te bevelen is om de GSB-aanpak in de eigen stad toe te passen."

Speech Jan ten Doeschate
24 maart 2001 Almere

Samenvatting: Greta Verduin Almere

Terug naar Almere-City (Voorheen Het Gulden Net)