ALMERE-GEDACHTEN

van Peter Schilling

Wat is een stad?
Voor de planoloog en de architect is het ten eerste een nieuw speelterrein en ten tweede een bouwkundig geheel: gebouwen, straten, pleinen, infrastructuur, groen, parken - een planologische constructie.
Voor de burgemeester: het componeren en orkestreren met veelvuldige en soms tegenstrijdige en disharmonische instrumenten.
Voor de ambtenaar in het stadhuis: een duidelijk bepaald gedeelte van administratieve taken, een bestuurlijk terrein.
Voor de politieagent: een dienstkring, noodzakelijke verkeersregelingen, een om rust en orde vragende commune, een portie burgers met tussenmenselijke problemen.
Voor de winkelier: een afzetgebied, een onbepaalde hoeveelheid publiek met potentiele klanten.
Voor de vuilnisman: afval.
Voor de gewone burger: buren, kennissen, vrienden, familieleden, woning en tuin, een parkeerplaats voor zijn auto.
Voor de VVV: bezienswaardigheden, recreatieve mogelijkheden, een plaats in een omgeving.......
Zo zijn er nog veel meer invalshoeken en perspectieven. Almere, dat kunnen we nu vaak horen en lezen, telt al nagenoeg 150.000 bewoners. Een ambtenaar of statisticus kan men misschien met zo'n cijfer gelukkig maken. Het is niet meer dan een getal. Mij zegt zo'n getal in elk geval niets. 150.000 ....dat is een aantal voor het merendeel anonieme bewoners van mijn stad: Vrouwen en mannen, kinderen en oude lieden, lelijke en mooie mensen. Op de markt ontdek ik heel weinig mooie mensen. Er zijn dagen waar ik alleen oerlelijke mensen ontmoet.
Voor mij heeft deze stad een heel persoonlijke betekenis, een bijzonder gezicht: Deze stad dat is mijn huis en mijn tuin, mijn straat, mijn wijk, mijn park, mijn dijk, mijn Gooimeer. En verder mijn vrienden, mijn buren, mijn collega's, mijn brievenbesteller, mijn winkeliers. Dat zijn alleen maar enkele mensen met een naam en een gezicht. Dat is allemaal van mij, alleen van mij. Een egocentrische visie? Juist, waarom ook niet. Ik kan alleen met mijn ogen zien, met mijn hersens denken, met mijn hart voelen.
Er hoort dan verder bij mijn stad de wind - meestal westenwind - die de populieren heen en weer laat zwiepen. Ook de meeuwen die bij weer en onweer krijsend door de lucht glijden, steeds op zoek naar een lekkere hap. verder hoort bij Almere de volgens de toenmalige landdrost van de nieuwe polder, Han Lammers, de architectonische kneuterigheid van de bebouwde kom. Ik deel deze mening beslist niet! Maar dat is ook een uitspraak van twee decennia geleden.....
En uiteindelijk hoort bij deze stad ook de omgeving met het vele water en het groen en de steeds maar groeiende bebossing. Dat zijn de kleine en grote overwegend vriendelijke gezichten van Almere.
Maar er zijn ook afstotende aspecten: de onbenulligheid van PR-leuzen - van bestuurders bestelde zoetsappige lofliedjes op onze stad - de raaskallerij van sommige politici - het architectonische wanbeeld van het stadhuis.
Zo kan je wel elke plaats en niet alleen Almere vanuit verschillende aspecten bekijken. De bewoner ziet zijn plaats anders dan de bezoeker, de burger anders dan de bestuurder, de reiziger met het openbaar vervoer anders dan de automobilist of de fietser of de wandelaar.
Wie is er dus blij met en trots op deze haast 150.000 bewoners? De burgemeester, deze of gene ambtenaar en planoloog misschien of een andere megalomane functionaris van de stad? Maar hoe is het met de burger?
Toen ze hier kwamen - de pioniers, de eerste burgers nu zo'n 25 jaar geleden - waren het allemaal vreemdelingen in deze nederzetting in de polder. Niemand had hier eerder gewoond. Er ontwikkelde zich later bij deze pioniers en de nakomelingen in de volksverhuizing - als het goed was - een tevredenheid met de nieuwe woonplaats, een gevoel van verbondenheid met de buurtgenoten en medeburgers, met de vaak drassige grond in de polder.
Nu is de polder-negorij van de eerste uren in 25 jaar enorm gegroeid en het lelijk eendje werd een mooie zwaan. Een deze dagen zal volgens het bevolkingsbureau het inwonertal 150.000 bedragen. Maar welke engszins normale burger pronkt ermee dat hij in een plaats met een bepaalde hoeveelheid bewoners gehuisvest is: Hee, ik ben er trots op dat ik er een ben van 150.000 !
Ik ben het niet en ken ook in elk geval niemand die veel vertoon maakt van het aantal medebewoners van zijn stad. Maar prettig voel ik me wel hier, in mijn huis, in mijn straat, in mijn wijk, in mijn stad Almere !

Terug naar Almere-City (Voorheen Het Gulden Net).